In 2017 waren er weer ruim 250.000 studenten in Nederland. Iedere student maakt kosten voor het volgen van een opleiding. Wanneer je een studie volgt, zijn er twee mogelijkheden. Je hebt recht op studiefinanciering, en ontvangt deze ook, of je hebt geen recht op studiefinanciering. In sommige gevallen zijn de kosten voor een studie of opleiding aftrekbaar in de aangifte inkomstenbelasting.
WEL recht op studiefinanciering
Vanaf 1 juli 2015 zijn de kosten voor het volgen van een studie niet meer aftrekbaar, wanneer je recht hebt op studiefinanciering. Ook niet als je geen gebruik maakt van je studiefinanciering. Dus voor de aangifte inkomstenbelasting 2017 is het niet mogelijk om deze kosten in aftrek te brengen.
De studiefinanciering wordt overigens niet tot je inkomen gerekend.
Blijft de prestatiebeurs een lening omdat je niet binnen 10 jaar een diploma hebt gehaald of heb je een aanvullende lening gehad? Dan mag je de schuld wel opgeven in box 3. Dit heeft alleen zin als je vermogen uitkomt boven het vrijgestelde bedrag (in 2017: € 25.000). Een jaaroverzicht van de hoogte van de schuld op 1 januari 2017 kun je bij DUO opvragen.
GEEN recht op studiefinanciering
Wanneer je geen recht hebt op studiefinanciering dan zijn bepaalde scholingsuitgaven die voor eigen rekening komen of voor rekening van je fiscale partner aftrekbaar. De kosten die worden gemaakt voor het volgen van een opleiding of studie moeten wel gericht zijn op je (toekomstige) baan.
Studiekosten
Onder aftrekbare studiekosten wordt verstaan:
- lesgeld, cursusgeld, collegegeld en examengeld of promotiekosten;
- door de onderwijsinstelling verplicht gestelde leermiddelen en beschermingsmiddelen (aanbevolen literatuur valt daar, volgens Hof Den Haag, niet onder);
- kosten voor EVC-procedures;
- afschrijving van duurzame goederen.
De afschrijving van duurzame goederen is alleen aftrekbaar als het goed gekocht is voor de studie of opleiding en het niet aangeschaft zou worden als de opleiding of studie niet gevolgd zou worden. Hogere kosten door persoonlijke voorkeur zijn niet aftrekbaar. Computerapparatuur valt niet onder de scholingsuitgaven.
Ook reiskosten vallen niet onder de aftrekbare studiekosten. Deze kosten kunnen mogelijk via de reisaftrek ten laste van het inkomen worden gebracht.
Drempel
Voor de aftrek van scholingsuitgaven geldt een drempel. Voor zover het gezamenlijke bedrag van de aftrekbare studiekosten hoger is dan € 250 kan het in de aangifte in aftrek worden genomen. Daarnaast is buiten de standaardstudieperiode maximaal € 15.000 aftrekbaar.
Ondernemers
Voor ondernemers kunnen de kosten voor scholing en cursussen als zakelijke lasten ten laste van de winst worden gebracht. Het moet dan wel gaan om het onderhouden van de bestaande kennis en kunde. De kosten voor een cursus of opleiding met het oog op de uitbreiding van de kennis van de ondernemer en/of de activiteiten van de onderneming komen niet ten laste van de ondernemingswinst. Daarvoor moet je een beroep doen op de hiervoor beschreven aftrek als scholingsuitgaven.
Voor de kosten die ten laste van de winst komen, hoeven ondernemers geen rekening te houden met de drempel voor scholingsuitgaven. Wel vallen deze kosten onder de beperkt aftrekbare kosten, waarbij wordt geacht dat er voor 20% een privé- element in de kosten zit. Dit deel van de kosten is niet aftrekbaar.
Werknemers
Aan werknemers kunnen de kosten van studie en opleiding belastingvrij worden vergoed. Tot deze belastingvrij te vergoeden kosten horen ook de reiskosten, maar uiteraard wel gemaximeerd op € 0,19 per kilometer.
Ben je directeur-grootaandeelhouder? Dan ben je fiscaal geen ondernemer, maar werknemer van je eigen BV.