Met ingang van 1 januari 2019 wordt in de loonadministratie bij buitenlands belastingplichtigen geen rekening meer gehouden met de heffingskortingen. Dat leidt tot een lager netto loon. De kortingen kunnen wel via een Nederlandse aangifte inkomstenbelasting worden geëffectueerd.
Buitenlands belastingplichtige
Dat is iemand die niet in Nederland woont, maar die wel inkomen geniet uit een (of meer) Nederlandse bron(nen). Je woont bijvoorbeeld in België of Duitsland en werkt in Nederland voor een Nederlandse werkgever. Je betaalt dan Nederlandse belastingen en bent meestal ook in Nederland verzekerd. De werkgever houdt Nederlandse belasting en premies in op je loon.
Een andere veel voorkomende Nederlandse inkomensbron is een in Nederland gelegen (vakantie)woning (of ander onroerend goed). Maar op de inkomsten uit onroerend goed worden uiteraard loonheffingen ingehouden. De buitenlands belastingplichtige moet meestal wel een Nederlandse aangifte inkomstenbelasting indienen.
Heffingskortingen
De heffingskortingen worden afgetrokken van de berekende loon- en inkomstenbelasting. Het gaat om flinke bedragen. De algemene heffingskorting bedraagt voor 2018 maximaal € 2.265; de arbeidskorting maximaal € 3.249. Deze bedragen betreffen zowel het belasting- als het premiedeel van deze kortingen.
Beide kortingen zijn inkomensafhankelijk. Van een inkomen uit werk en woning (box 1) van € 20.142 en hoger wordt het bedrag van de kortingen lager. De kortingen worden maximaal verminderd tot nihil.
Kwalificerend buitenlands belastingplichtige
Alleen een kwalificerend buitenlands belastingplichtige komt in aanmerking voor de Nederlandse heffingskortingen. Dit is de belastingplichtige:
- die woont in een lidstaat van de Europese Unie, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen, Zwitserland of in onze overzeese gemeente (Bonaire, Saba of Sint Eustatius);
- en van wiens wereldinkomen 90% of meer is onderworpen aan Nederlandse inkomstenbelasting (daarvoor moet een inkomensverklaring worden ingeleverd bij de Belastingdienst).
Voorlopige aanslag
Doordat de heffingskorting bij een buitenlands belastingplichtige niet meer in de loonheffingen wordt geëffectueerd, is het van de werkgever te ontvangen netto maandloon (fors) lager. Dit kan de buitenlands belastingplichtige oplossen via een voorlopige aanslag inkomstenbelasting. De Belastingdienst legt die aanslag niet spontaan op. Je moet daar om vragen.
Vanaf 1 januari 2019 worden de heffingskortingen niet op een voorlopige aanslag uitbetaald aan een buitenlands belastingplichtige bij wie nog niet is vastgesteld dat hij of zij een kwalificerend belastingplichtige is, die recht heeft op de heffingskortingen.
De buitenlands belastingplichtige die in België woont, heeft wel direct recht op uitbetaling van de heffingskortingen via een voorlopige aanslag inkomstenbelasting. Dat komt door een specifieke non-discriminatiebepaling in het belastingverdrag tussen Nederland en België. Het belastingverdrag tussen Nederland en Duitsland kent een dergelijke bepaling niet. Staatssecretaris Snel van Financiën heeft in antwoorden op Kamervragen aangegeven de buitenlands belastingplichtige hier niet in tegemoet te willen komen.