De Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de door een ondernemer aangereikte onderbouwing van de zakelijkheid van gedane uitgaven te mager is.
Welke uitgaven aftrekbaar?
De rechtspraak is op dit punt helder: de ondernemer die uitgaven aanmerkt als van zijn winst aftrekbare kosten, moet bewijzen dat deze uitgaven zijn gedaan met het oog op de zakelijke belangen van de onderneming. Is hij of zij in dat bewijs geslaagd, dan mag de Belastingdienst die niet meer dan marginaal toetsen. Dit houdt in dat de Belastingdienst zich niet mag afvragen of de zakelijk uitgaven ook verantwoord zijn. De Belastingdienst mag dan nog wel trachten te onderbouwen dat de uitgaven mede zien op de bevrediging van de persoonlijke behoeften van de ondernemer en/of dat een redelijk denkend ondernemer de kosten niet in deze mate zou hebben gemaakt.
Champagne
Om het bewijs, dat de uitgaven zijn gedaan met het oog op de zakelijke belangen van de onderneming, draait het in de zaak bij de rechtbank. De zaak betreft een holding die de aandelen houdt van een accountantskantoor. De holding trekt ruim € 7.000 af aan uitgaven voor champagne en andere flessen alcoholische drank. De Rechtbank beslist dat de holding met een algemene beschrijving van de (besteding) van deze zaken als presentje voor relaties een onvoldoende heeft onderbouwd dat sprake is van voldoende zakelijkheid van de uitgaven.
De stelling van belanghebbende dat het, gelet op zijn gezondheidssituatie en lange werkweken, niet aannemelijk is dat hij de drank zelf nuttigt, is niet relevant voor het antwoord op de vraag of de uitgaven zakelijk zijn.
Dinerkosten
Ten aanzien van de ruim €¤14.000 aan ten laste van de winst gebrachte uitgaven voor diners heeft de ondernemer van ongeveer € 5.000 aannemelijk weten te maken dat het om zakelijke kosten gaat. Dit bedrag is dan ook door de Belastingdienst aanvaard als aftrekbare kosten. Van de overige diners is met slechts summiere op de kassabonnen gemaakte handgeschreven aantekeningen niet voldoende aannemelijk gemaakte dat de etentjes een voldoende zakelijk karakter hadden. De aftrek van deze uitgaven is, aldus de Rechtbank, terecht geweigerd.