Commissaris zonder VAR buiten loonheffing

Gepubliceerd op: 1 februari 2016

commissaris VAR loonheffing VWGNijhof

Ten aanzien van de fiscale positie van de commissaris kwam Staatssecretaris Wiebes van Financiën tegen het einde van de behandeling van het wetsvoorstel Wet DBA (het wetsvoorstel over de afschaffing van de VAR) in de Eerste Kamer met een verrassende toezegging. Met name verrassend omdat Wiebes tijdens eerdere fasen in de behandeling van dit wetsvoorstel nog geheel tegengestelde geluiden had laten horen.

Commissaris

De taak van een commissaris is het controleren van het functioneren van (de directie van) de instelling (N.V., B.V., stichting, vereniging, coöperatie) waar hij is aangesteld. Een dergelijke toezichthoudende functie kan uiteraard niet geschieden onder het gezag van de instelling die wordt gecontroleerd. Van een echte dienstbetrekking voor de loonheffingen is tussen de commissaris en die instelling dan ook geen sprake.

Fictieve dienstbetrekking

De Wet op de loonbelasting merkt de relatie tussen de commissaris en de instelling echter aan als een fictieve dienstbetrekking. Daardoor moet de instelling loonheffingen inhouden op de aan de commissaris betaalde vergoeding.

VAR

Dat kan alleen risicoloos achterwege blijven wanneer de commissaris met een geldige VAR-wuo of VAR-dga aantoont dat hij de commissariswerkzaamheden uitvoert in de hoedanigheid van ondernemer of directeur-grootaandeelhouder. De hiervoor al aangehaalde Wet DBA schaft de VAR echter af, met als gevolg dat elke commissaris wordt geconfronteerd met inhouding van loonheffingen.

Toezegging

Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Wet DBA in de Eerste Kamer is Wiebes echter teruggekomen op zijn eerdere standpunten en heeft hij toegezegd om de fictieve dienstbetrekking voor commissarissen af te schaffen. Dat zal aanvankelijk geschieden door middel van een beleidsbesluit. Dit zal worden gevolgd door een wijziging van de Wet op de loonbelasting.

Elke commissaris

Gevolg van de afschaffing van de fictieve dienstbetrekking is dat de beloning van geen enkele commissaris nog onderworpen is aan loonheffingen. Elke commissaris moet zelf in de aangifte inkomstenbelasting de beloning aangeven als resultaat uit overige werkzaamheden (ROW) of winst uit onderneming (wuo). En er de inkomstenbelasting en inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet op aanslag over betalen.

Het uit de loonbelasting halen van de beloning van de commissaris betekent ook dat faciliteiten in de loonbelasting niet kunnen worden benut. Voor de uit het buitenland afkomstige commissaris kan dat zijn de 30%-regeling (30% van de beloning belastingvrij ter compensatie van extraterritoriale kosten). Maar ook bijvoorbeeld de kilometervergoeding (tot € 0,19 per kilometer) wordt nu in de belastingheffing betrokken.
Daar staat tegenover dat de daadwerkelijke kosten, die de commissaris in verband met de uitoefening van het commissariaat maakt, in beginsel mogen worden afgetrokken. De commissaris moet deze werkelijke kosten dan wel ten genoegen van de Belastingdienst aannemelijk kunnen maken.

Opgaaf

De instelling waar de commissaris de werkzaamheden uitvoert, hoeft de commissarisbeloning uiteraard niet meer in de loonadministratie te verwerken. Wel moet elk jaar voor 1 februari opgaaf worden gedaan van in het voorafgaande jaar aan derden betaalde bedragen (IB47/49). Aan de hand van die opgaaf controleert de Belastingdienst of de commissaris de beloning keurig in zijn aangifte inkomstenbelasting verwerkt.

Opting in

De commissaris die toch van de faciliteiten in de loonbelasting gebruik wil maken, kan daarvoor mogelijk, samen met de instelling die de commissarisbeloning uitbetaalt, kiezen via het zogeheten “opting in“. Partijen kiezen er dan samen voor om hun rechtsverhouding voor de loonbelasting toch fictief als een dienstbetrekking aan te merken. Deze keuze wordt gemaakt met een door de Belastingdienst beschikbaar gesteld formulier.

Wet DBA

De Wet DBA is op een haar na definitief. Het enige wat nog moet gebeuren is de formele stemming in de Eerste Kamer. Die is voorzien op dinsdag 2 februari 2016. De verwachting is dat het wetsvoorstel zal worden aangenomen. De definitieve afschaffing van de VAR, met een overgangsperiode van een jaar, vindt dan plaats op 1 mei 2016. Nog niet helemaal duidelijk is op dit moment of de fictieve dienstbetrekking van de commissaris ook op die datum wordt afgeschaft.

BTW

Voor de heffing van BTW verandert er ten aanzien van commissarisbeloningen niets. De commissaris moet over de beloning BTW afdragen, behalve wanneer hij door de Belastingdienst niet als BTW-ondernemer is geaccepteerd of de verschuldigde BTW onder de drempel van de kleine ondernemersregeling (kor) blijft (in het laatste geval kan de Belastingdienst om ontheffing van administratieve verplichtingen worden gevraagd).

 

Andere artikelen