Aandeel VvE-reserve waarderen als banktegoed

Gepubliceerd op: 24 januari 2023

Hof Arnhem-Leeuwarden heeft beslist dat het inkomen uit het aandeel in een VvE-reserve in box 3 moet worden bepaald met het (lage) rendement voor banktegoeden.

Box 3

Na het Kerstarrest uit 2021 bepaalt de Belastingdienst het te belasten forfaitaire inkomen uit sparen en beleggen (box 3) op grond van de forfaitaire spaarvariant (tot en met 2022 op basis van de wet, wanneer dat voordeliger is). Bij de forfaitaire spaarvariant worden 3 categorieën inkomen onderscheiden: 1. bank- en spaartegoeden, 2. overige bezittingen en 3. schulden. Het forfaitaire rendement op bank- en spaartegoeden bedroeg over 2021: 0,01% (voor 2022 is dit nog niet bekend). Voor overige bezittingen komt het rendement voor 2022 op maar liefst 6,17%. Het spreekt voor zich dat inmiddels discussies zijn uitgebroken over de vraag welke bezittingen als een bank- en spaartegoed moeten worden aangemerkt. Dat scheelt enorm in de belastingdruk.

Bank- en spaartegoeden

Op zich lijkt wel helder wat bank- en spaartegoeden zijn: de bedragen die op je bank- en spaarrekeningen staan. Maar wanneer je in een appartementencomplex woont en verplicht lid bent van de Vereniging van Eigenaren (VvE) heeft die VvE tegoeden bij de bank. Die tegoeden worden voor de heffing van inkomstenbelasting toegerekend aan en belast bij de leden van de VvE. Die leden hebben geen tegoed op een bank- of spaarrekening, maar een tegoed bij (vordering op) de VvE.

Hof Arnhem Leeuwarden is echter van mening dat onvoldoende rechtsherstel wordt geboden wanneer over de tegoeden bij een VvE (waarop de VvE bij de bank nagenoeg geen rente ontvangt) het fictieve rendement voor overige bezittingen wordt gehanteerd. Het Hof bepaalt daarom dat het fictieve rendement voor bank- en spaartegoeden moet worden gehanteerd.

Wij zijn benieuwd of de Belastingdienst haar standpunt aanpast, dan wel de kwestie voorlegt aan de Hoge Raad. Op haar website schrijft de Belastingdienst namelijk onder andere het volgende:

Bij overige bezittingen horen onder andere:

  • uw aandeel in het vermogen van de ‘vereniging van eigenaren’ (VvE) op 1 januari van het jaar van aangifte
    Bent u lid van een VvE, bijvoorbeeld omdat u een appartement hebt in een flatgebouw? Dan betaalt u aan de VvE een bijdrage voor bijvoorbeeld onderhoud en schoonmaak. Door uw lidmaatschap hebt u ook een aandeel in het vermogen van de VvE.
    “.

De uitspraak biedt ook argumenten voor andere bezittingen, die formeel geen bank- of spaartegoed zijn, maar waarvan het rendement wel is gebaseerd op dat van de onderliggende bank- of spaartegoeden, zoals bijvoorbeeld tegoeden op de derdenrekening van een notaris.

Andere artikelen