De Belastingdienst bevestigt in een kennisgroepstandpunt dat de door de gemeente vastgestelde WOZ-waarde leidend is voor de erfbelasting.
WOZ-waarde = fiscale waarde
Uit het artikel dat we gisteren publiceerden, blijkt dat de WOZ-waarde van een woning de fiscaal te hanteren waarde is in het kader van de erfbelasting. De WOZ-waarde wordt jaarlijks vastgesteld door de gemeente. Het is dan ook niet onlogisch dat de inspecteur erfbelasting deze waarde als vaststaand aanneemt en de woning niet voor een lagere waarde in de heffing van erfbelasting betrekt.
Voor de erfbelasting moet een woning worden gewaardeerd op WOZ-waarde van het jaar van overlijden. Maar er mag ook worden gekozen voor de WOZ-waarde van het jaar na het jaar van overlijden. Deze keuze moet in de aangifte erfbelasting worden gemaakt, maar als de WOZ-beschikking van het volgende jaar ten tijde van het opleggen van de aanslag erfbelasting nog niet bekend is, hanteert de Belastingdienst de regel dat ook na de bezwaartermijn op dit punt nog bezwaar kan worden ingediend.
WOZ-beschikking
De gemeente stelt de WOZ-waarde van elke woning jaarlijks vast in één van de eerste maanden van het jaar. Wie van mening is dat de vastgestelde (WOZ-)waarde te hoog is, kan binnen 6 weken na de dagtekening bezwaar indienen bij de gemeente. Na die 6 weken staat de WOZ-waarde voor dat jaar in beginsel definitief vast.
De Wet WOZ biedt de gemeente enkel de mogelijkheid om een definitief vaststaande WOZ-beschikking te verminderen indien de waarde tenminste 20% (en minimaal € 5.000) te hoog blijkt te zijn vastgesteld.
Nieuwe beschikking vragen
Er is in het kader van een overlijden echter een eenvoudige manier om een definitief vaststaande WOZ-waarde toch ter discussie te stellen. Wanneer een woning vererft komt er namelijk een (of meerdere) nieuwe belanghebbende(n) bij de woning. Deze nieuwe belanghebbende(n) kan de gemeente verzoeken om aan hem of haar een nieuwe WOZ-beschikking uit te reiken. En tegen die nieuwe beschikking kan vervolgens (binnen 6 weken) bezwaar worden gemaakt. Aan het verzoek om een nieuwe WOZ-beschikking af te geven, wordt geen fatale termijn gesteld.