Voorlopige aanslag 2025

Gepubliceerd op: 11 december 2024

De Belastingdienst waarschuwt om de belasting op de voorlopige aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2025 niet vóór 1 januari 2025 te betalen.

Na 31-12-2024 betalen!

De voorlopige aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen worden door de Belastingdienst (deels) al voor 1 januari 2025 verzonden. Deze aanslagen worden op papier toegezonden, maar vaak al eerder digitaal beschikbaar gesteld in MijnBelastingdienst. Als in die voorlopige aanslag een te betalen bedrag wordt vastgelegd, zou de neiging kunnen bestaan om de belasting nog voor de jaarwisseling te betalen (je kunt er immers maar weer vanaf zijn). De Belastingdienst geeft aan dat dan het risico bestaat dat de computersystemen die betaling niet kunnen verwerken, met als gevolg dat het betaalde bedrag automatisch wordt teruggestort. In dat geval moet de belasting nogmaals worden betaald.

De uiterste betaaltermijn voor voorlopige aanslagen over 2025 die aan het begin van het jaar worden opgelegd is 28 februari 2025. Het is mogelijk om in 11 maandelijkse termijnen te betalen. De eerste termijn vervalt dan op 28 februari 2025. Betaling in termijnen kan ook met een automatische incasso, die dan start op 28 februari 2025.

Hoe wordt je box 3-inkomen berekend?

Het zal weinigen zijn ontgaan dat de Hoge Raad heeft uitgemaakt dat het inkomen in box 3 maximaal mag worden vastgesteld op het daadwerkelijk genoten rendement. In de voorlopige aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2025 kan de Belastingdienst daar echter nog geen rekening mee houden. De Belastingdienst past daarbij het wettelijke systeem toe, waarbij de volgende rendementen worden gehanteerd:

Banktegoeden1,44%
Overige bezittingen5,88%
Schulden2,62%

Het rendement voor overige bezittingen staat definitief vast. De rendementen voor banktegoeden en schulden zijn voorlopige vastgesteld en worden pas begin 2026 definitief.

Vanzelfsprekend is het werkelijke rendement pas na afloop van 2025 bekend. Het is niet mogelijk om de Belastingdienst te verzoeken om de voorlopige aanslag te baseren op het verwachte werkelijk rendement. Pas bij de definitieve aanslag over 2025 zal de Belastingdienst het werkelijk rendement in aanmerking nemen, als de belastingplichtige daarom verzoekt en dat verzoek voldoende onderbouwt. Daarbij is het van belang dat het werkelijk rendement moet worden bepaald op basis van de regels die de Hoge Raad daarvoor heeft geformuleerd (zie ons artikel Hoge Raad verwerpt opnieuw forfaitaire heffing box 3).

Andere artikelen