De exorbitant hoge tarieven van de belastingrente maken de regeling zeer impopulair. Over inkomstenbelasting betaal je op jaarbasis 4% belastingrente. Over vennootschapsbelasting zelfs 8%.
Langdurige controle
De reden waarom de belastingrente is verschuldigd, maakt niet zoveel uit. In een zaak waarin Hof Amsterdam onlangs uitspraak heeft gedaan, trekt de belastingplichtige alle registers open. Zonder succes.
In september 2014 wordt bij de 6 BV’s van belastingplichtige een boekenonderzoek uitgevoerd. Dat leidt ertoe dat in juli 2016 met de Belastingdienst een vaststellingsovereenkomst (VSO) wordt gesloten. De definitief ondertekende VSO wordt begin augustus 2016 door de Belastingdienst ontvangen. Vervolgens legt de Belastingdienst de aanslagen op en berekent daarbij over de volledige wettelijke periode belastingrente.
Het Hof vindt niet dat het boekenonderzoek onredelijk lang heeft geduurd. Ook de periode tussen het ondertekenen van de VSO en het uiteindelijk opleggen van de aanslagen is niet te lang. Belastingplichtige stelt ook nog dat tijdens het boekenonderzoek sprake is van rancune, vooringenomenheid en vijandigheid van de kant van de Belastingdienst. Maar het Hof acht dat niet bewezen. Eén van de redenen dat het wat langer duurt voordat de aanslagen worden opgelegd, is dat het boekenonderzoek op verzoek van belastingplichtige werd uitgevoerd door een ander kantoor van de Belastingdienst, dan het kantoor dat de aanslagen moest opleggen.
Kortom: het Hof ziet geen enkele reden tot matiging van de berekende belastingrente. Het Hof stelt zelfs vast dat over de jaren 2012 en 2013 minder belastingrente is berekend, dan op grond van de wet mogelijk is.
Voorkomen is beter dan genezen
Uit deze, maar ook uit vele andere uitspraken, moet worden geconcludeerd dat je van goede huize moet komen om te ontkomen aan op basis van de wet berekende belastingrente. Ook hier geldt daarom het devies: je kunt beter voorkomen dat je belastingrente betaalt; “genezen” is in het algemeen niet mogelijk.
De enige effectieve manier om geen belastingrente te betalen, is de belasting te betalen op een voorlopige aanslag. Die kun je zelf aanvragen bij de Belastingdienst. Mocht een voorlopige aanslag te hoog zijn, dan ontvang je de teveel betaalde belasting terug. Op grond van de wet betaalt de Belastingdienst je dan echter geen belastingrente (zeer grote uitzonderingen daargelaten).
Een andere methode om te voorkomen dat belastingrente wordt berekend, is dat je de aangifte indient (ruim) voor 1 mei (inkomstenbelasting) of voor 1 juni (vennootschapsbelasting) volgend op het belastingjaar. De Belastingdienst moet, dan naar aanleiding van de ingediende aangifte, een (nadere) voorlopige aanslag opleggen. Wanneer dat niet voldoende voortvarend gebeurt, mag geen belastingrente worden berekend.
Ook dan blijft er echter een risico dat je belastingrente betaalt. Wanneer de Belastingdienst je aangifte corrigeert, al of niet naar aanleiding van een boekenonderzoek, en je meer belasting moet betalen, dan in de voorlopige aanslag is begrepen, ben je over het meerdere bijna altijd (4% 0f 8%) belastingrente verschuldigd.