Hof Den Haag heeft bevestigt dat de kosten voor een haarwerk niet aftrekbaar zijn als zorgkosten.
De zaak betreft een belastingplichtige die voor een bedrag van € 2.162 aan kosten voor de aanschaf van een haarwerk wil aftrekken in de aangifte inkomstenbelasting als zorgkosten in de categorie uitgaven voor hulpmiddelen.
Belastingplichtige en de Belastingdienst zijn het er over eens dat het haarwerk is aangeschaft om medische redenen. Toch zijn de kosten niet aftrekbaar. Dit komt doordat sinds 2013 de regel geldt dat eigen bijdragen voor zorgkosten niet mogen worden afgetrokken.
Belastingplichtige heeft van de aanschafkosten voor het haarwerk vanuit de zorgverzekering een bedrag van € 552 ontvangen. Doordat recht bestaat op een vergoeding uit de zorgverzekering, wordt het meerdere (€ 2.162 – € 552 = € 1.610) aangemerkt als een op grond van het Besluit Zorgverzekering verschuldigde eigen bijdrage van de verzekerde, die niet aftrekbaar is.
De rechtbank refereert in de aan de procedure voor het Hof voorafgaande zaak nog aan een standpunt van een Kennisgroep van de Belastingdienst over de kosten van een pruik. De Kennisgroep oordeelt dat de kosten van normaal gebruik (zoals onderhoudskosten) van een pruik wel als zorgkosten aftrekbaar zijn. Doordat deze kosten volledig voor rekening van de verzekerde komen, is geen sprake van een eigen bijdrage, waardoor deze kosten wel aftrekbaar zijn.