De vraag of voor de BTW sprake is van een samengestelde prestatie blijft de gemoederen bezighouden. De uitkomst is sterk afhankelijk van de concrete feiten en omstandigheden van elke afzonderlijke zaak. En deze uitkomst kan in de loop van de tijd veranderen.
WiFi
Wireless Fidelity, oftewel WiFi, lijkt inmiddels onmisbaar geworden. Ook op vakantie kunnen velen onder ons niet meer zonder de contacten via onze mobiele telefoon, tablet of laptop.
Aanbieders van accommodaties spelen daar op in. Zij leggen WiFi-netwerken aan om er voor te zorgen dat hun gasten kunnen internetten, whatsappen, enzovoorts. De kosten daarvan moeten worden terugverdiend. De exploitant van een vakantiepark en camping biedt daarom zijn gasten de toegang tot de internetverbinding aan tegen betaling van een afzonderlijke vergoeding.
Hij is echter van mening dat deze dienst voor de heffing van BTW opgaat in de verstrekking van het verblijf in de vakantiewoningen of op de camping. Dit verblijf wordt belast tegen het lage BTW-tarief.
Hof
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden beslist echter dat het gebruik van de WiFi een afzonderlijke prestatie is. Daarom moet uit de ontvangen vergoedingen niet 6%, maar 21% BTW worden afgedragen.
Hoofdregel is dat wanneer jegens een afnemer meerdere handelingen worden verricht, deze handelingen voor de BTW als zelfstandig moeten worden beschouwd. Op deze hoofdregel bestaan twee uitzonderingen, die moeten worden beoordeeld vanuit de objectieve afnemer. De uitzonderingen zijn handelingen:
- die zo nauw met elkaar zijn verbonden, dat ze objectief gezien één ondeelbare prestatie vormen;
- waarvan er één (of meer) element(en) de hoofdprestatie vormt (vormen), waarbij de ander elementen als bijkomende prestaties moeten worden gezien, die het lot van de hoofdprestatie delen.
Ontwikkeling
Het Hof stelt vast dat de beleving van de gemiddelde gast in de loop der jaren is gewijzigd. In eerste instantie werd geen WiFi aangeboden. Vervolgens werd tegen betaling een code verstrekt, waarmee de gast toegang kreeg tot het netwerk. Inmiddels zit de toegang tot de WiFi voor twee apparaten begrepen in de prijs van het verblijf.
Het Hof beoordeelt de middelste situatie; die waarin tegen een betaling de WiFi-code wordt verstrekt. Aan het oordeel dat in die situatie sprake is van een afzonderlijke vergoeding legt het Hof de volgende feiten ten grondslag:
- de gast betaalt een aparte vergoeding voor WiFi-toegang;
- niet elke gast maakt van de mogelijkheid gebruik (70% tot 80% van de gasten neemt WiFi-codes af);
- gasten hebben de vrije keuze om de WiFi te gebruiken en voor hoeveel apparaten;
- de gasten vinden de beschikbaarheid van WiFi kennelijk belangrijk, aangezien ze klagen zodra de verbinding niet naar behoren werkt;
- het gebruik van de WiFi heeft geen enkel functioneel verband met het gebruik van de vakantieaccommodatie.
Actueel
Het Hof oordeelt over de situatie in 2015 en 2016. Wij schatten in dat dit oordeel per 2019 wel eens anders uit zou kunnen pakken. Inmiddels is de beschikbaarheid van internettoegang in een vakantieaccommodatie een wezenlijk element in de beslissing van een gast om wel of niet in de accommodatie te willen verblijven. Dat lijkt ons voldoende voor het oordeel dat de WiFi-toegang het lot van de hoofdprestatie moet delen. In de aan het Hof voorgelegde situatie wordt dit nog verstrekt doordat de WiFi-toegang nu is begrepen in de prijs van de accommodatie.