Zeker bij de ouderen onder ons is een vaste baan nog het ultieme doel. Maar er lopen inmiddels, al dan niet enigszins gedwongen door de (economische) omstandigheden, in Nederland inmiddels meer dan 1 miljoen ZZP-ers rond. Veel jongeren zijn er aan gewend dat ze werken als uitzendkracht of met een tijdelijk arbeidscontract. En zij vinden dat ook lang niet altijd een probleem. Een tijdelijk arbeidscontract maakt je immers flexibel; het geeft je vrijheid: een poosje werken, een poosje reizen of relaxen.
Tijdelijk arbeidscontract
Een tijdelijk arbeidscontract is een arbeidscontract dat is gesloten voor een bepaalde tijd. Bij het aangaan van het tijdelijk arbeidscontract wordt een concrete datum overeengekomen waarop dat contract eindigt. En dan eindigt het ook van rechtswege. Een contract voor onbepaalde tijd bevat, uitgezonderd het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, geen einddatum.
Sinds 1 januari 2015 hebben werkgevers bij een tijdelijk arbeidscontract met een looptijd van 6 maanden of langer wel een aanzegplicht. Uiterlijk 1 maand voor het einde van de looptijd moet de werkgever de werknemer melden of het arbeidscontract wel of niet wordt voortgezet. Wordt niet of te laat aangezegd, dan eindigt het tijdelijk arbeidscontract nog steeds van rechtswege op de in het contact opgenomen einddatum. Maar dan kan de werknemer aanspraak maken op een vergoeding.
Langdurend tijdelijk arbeidscontract
Een tijdelijk arbeidscontract duurt vaak een paar maanden. Een jaarcontract komt ook best veel voor. Maar het is ook mogelijk om voor de duur van bijvoorbeeld 4 of 5 jaar een tijdelijk arbeidscontract te sluiten.
Dan ontstaat na 2 jaar niet een vast arbeidscontract. Die regel is van toepassing wanneer sprake is van een keten van tijdelijke arbeidscontracten. Op grond van de ketenregeling mag een werkgever niet meer dan 3 tijdelijke contracten aangaan. Bovendien mag de keten niet langer duren dan 24 maanden. Bij het vierde tijdelijke contract of na overschrijding van de 24 maanden ontstaat vanzelf een arbeidscontract voor onbepaalde tijd.
Een langdurend tijdelijk contract is echter slechts één contract, geen keten. Het overschrijden van de looptijd van 24 maanden heeft dan ook niet tot gevolg dat een arbeidscontract voor onbepaalde tijd ontstaat.
Tussenbaan
Een dergelijk langdurend tijdelijk arbeidscontract wordt ook wel aangeduid als tussenbaan. Voor werknemers interessant wanneer ze zich niet voor zo lange tijd willen binden. Voordeel voor de werkgever is dat een contract voor 4 of 5 jaar de werknemers scherp(er) zou houden. Doordat het einde van hun contract in zicht blijft, zouden werknemers zich immers meer inspannen om een goede positie op de arbeidsmarkt te behouden. Ze hebben dan een goede reden om hun kennis en kunde op peil te houden. Of, beter nog, verder te ontwikkelen.
Geschikt?
Natuurlijk is een langdurend tijdelijk contract lang niet in alle situaties de geschikte oplossing. Maar werknemers kunnen er behoefte aan hebben. En voor werkgevers kan het een zinvol onderdeel zijn van de personeelsplanning, waarin het zoeken blijft naar de geschikte mix van vast en flex.