Bezwaar tegen belasting op buitenlands vakantiehuisje

Gepubliceerd op: 24 juli 2019

In diverse nieuwsmedia wordt gemeld dat mensen met een vakantiehuis(je) in het buitenland (wellicht) bezwaar moeten maken tegen hun aanslag(en) inkomstenbelasting. Aanleiding is een bericht van Grant Thornton dat zij een proefprocedure hebben opgestart.

Wat is er aan de hand?

Waar het om gaat, legden we in ons artikel Buitenlandse vakantiewoning hoger belast al uit aan de hand van een rekenvoorbeeldje. Het belastingnadeel, dat in de pers al wordt aangeduid met de kreet “vakantiehuistaks“, bedraagt in dit rekenvoorbeeld slechts € 330.

Uiteraard moet je voor jouw specifieke situatie narekenen hoeveel inkomstenbelasting je vanaf 2017 in Nederland betaalt voor je buitenlandse vakantiewoning. Dat zal in veel gevallen beperkt zijn tot maximaal een paar honderd euro. Alleen bij een aanzienlijke heffingsgrondslag in box 3 (inkomen uit sparen en beleggen) – denk aan € 1.000.000 of meer – en een forse waarde van de buitenlandse vakantiewoning zal het belang de € 1.000 overschrijden.

Als je vakantiewoning met een lening is gefinancierd, moet je de lening aftrekken van de waarde van de woning. De aftrek elders belast wordt namelijk berekend over het saldo. Je belastingnadeel is daardoor kleiner.

Het hoeft overigens niet om een vakantiehuisje te gaan. De problematiek speelt bij al het buiten Nederland gelegen vastgoed, dat voor de inkomstenbelasting in box 3 wordt belast.

Behoud van rechten

Natuurlijk wil iedereen graag een graantje meepikken, mocht de proefprocedure een voor belastingplichtigen positieve uitslag kennen. Maar dan moet je wel op tijd bezwaar hebben gemaakt tegen je definitieve aanslag inkomstenbelasting. Dat kan met een eenvoudig briefje. Je hoeft alleen aan te geven tegen welke aanslag je bezwaar maakt en waar je bezwaar globaal tegen is gericht. Dit wordt ook wel aangeduid als een pro forma bezwaarschrift of bezwaar ter behoud van rechten.

De gewijzigde manier van het berekenen van het forfaitaire rendement in box 3 is per 1 januari 2017 van kracht geworden. De aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2017 is daarom de eerste waarin de problematiek aan de orde is. Veel van deze aanslagen zijn op dit moment al onherroepelijk. Dat is het geval wanneer na de dagtekening van de definitieve aanslag 6 (of meer) weken zijn verstreken, zonder dat tegen de aanslag rechtsgeldig bezwaar is gemaakt. Het heeft dan geen zin om nu alsnog pro forma bezwaar in te dienen.

De Belastingdienst is ook al druk doende met het opleggen van definitieve aanslagen inkomstenbelasting 2018. Maar voor de meeste van deze aanslagen zal de bezwaartermijn nog net niet verstreken zijn.

Wat doet de Belastingdienst?

Bekend is dat de Belastingdienst niet zo happig is op het aanhouden van bezwaarschriften. Aanhouden betekent dat de Belastingdienst er mee instemt dat je je bezwaar nog niet nader motiveert, maar het resultaat van een lopende procedure afwacht. Als de Belastingdienst niet bereid is je bezwaar aan te houden, kun je daar weinig tegen doen. Wil je toch je rechten veilig stellen, dan zul je het bezwaar moeten motiveren. Bij een afwijzende uitspraak op je bezwaarschrift moet je in beroep bij de belastingrechter.

Als het aantal bezwaarschriften voldoende groot is, zal de Belastingdienst de procedure van massaal bezwaar van toepassing verklaren. LET OP: ook dan moet je zelf voor elk afzonderlijk belastingjaar tijdig (pro forma) bezwaar indienen om je rechten veilig te stellen.

Hulp nodig?

VWG helpt je graag met de berekening van het belastingnadeel dat je sinds 2017 lijdt op je buitenlandse vakantiewoning. En zo nodig maken we uiteraard graag namens jou pro forma bezwaar tegen de aanslag(en).

De eerlijkheid gebiedt ons wel om te melden dat we vooralsnog de kans van slagen van de proefprocedure niet erg hoog inschatten.

Andere artikelen