Uit op het Forum Fiscaal Dienstverleners (van de Belastingdienst) gepubliceerde vragen en antwoorden blijkt dat pré-coronaschulden kunnen meelopen in de betalingsregeling voor het aflossen van belastingschulden waarvoor bijzonder uitstel van betaling is verleend in verband met de coronacrisis.
Pré-coronaschulden
Met “pré-coronaschulden” worden bedoeld de belastingen die moesten worden betaald vóór de coronacrisis. Het betreft belastingschulden waarvoor de uiterste betaaltermijn eindigde vóór 12 maart 2020.
De schulden die betaald hadden moeten worden in de periode van 12 maart 2020 tot en met 31 maart 2021 zijn “coronaschulden“.
Als de uiterste betaaldatum ná 31 maart 2021 ligt, betreft het “nieuw opkomende verplichtingen”. Voor deze verplichtingen kan geen bijzonder uitstel van betaling worden verkregen (wel eventueel regulier uitstel van betaling).
Bijvoorbeeld de aangifte BTW over het eerste kwartaal 2021 is zo een nieuw opkomende verplichting: de op deze aangifte verschuldigde BTW moet uiterlijk 30 april 2021 zijn betaald.
De datum van 31 maart 2021 kan, afhankelijk van de ontwikkeling van de coronacrisis, wellicht nog naar achteren worden geschoven.
Betalingsregeling
Voor coronaschulden kan een ondernemer bijzonder uitstel van betaling krijgen. Dit uitstel behelst het opschorten van alle invorderingsmaatregelen gedurende de 3 maanden volgend op de datum waarop het verzoek is ingediend. Ondernemers die voor een langere termijn bijzonder uitstel van betaling nodig hebben, kunnen de Belastingdienst verzoeken om de termijn van 3 maanden te verlengen. Dit verzoek kan ook nog (ruim) na het aflopen van de termijn van 3 maanden worden gedaan.
De coronaschulden moeten met ingang van 1 juli 2021 worden afgelost in 36 maandelijks gelijke termijnen (snellere aflossing is uiteraard toegestaan). Maar ondernemers die om verlenging van het uitstel van betaling hebben verzocht, mogen ook hun pré-coronaschulden op deze manier aflossen.