Bestelauto verkopen? Let op de BPM

Gepubliceerd op: 8 januari 2025

Ondernemers die hun bestelauto verkopen (of inruilen), doen er verstandig aan om vast te (laten) stellen dat daardoor geen BPM is verschuldigd.

BPM

BPM is de Belasting op Personenauto’s en Motorrijwielen, die drukt op de aanschaf van een nieuwe personenauto, bestelauto of motorrijwiel. De BPM wordt afgedragen door degene die de (bestel)auto of het motorrijwiel op kenteken laat zetten. Bij een in Nederland gekochte auto is dat meestal de dealer. De BPM wordt vervolgens doorberekend in de prijs van de auto. Wanneer de auto wordt ingevoerd, draagt degene die de invoerhandeling verricht de BPM af.

Vrijstelling

Voor ondernemers, die een bestelauto aanschaften, gold tot en met 31 december 2024 een vrijstelling. Deze vrijstelling stond ook wel bekend als de grijs kentekenregeling in de BPM. Voorwaarden voor deze vrijstelling waren:

  • de bestelauto wordt op naam van een BTW-ondernemer gesteld, en;
  • deze ondernemer gebruikt de bestelauto meer dan bijkomstig (10% of meer) in het kader van de onderneming.

Een bestelauto is een motorrijtuig met een maximum toegestane massa van 3.500 kg. en een vlakke laadvloer die voldoet aan de daaraan gestelde afmetingen.

Elektrisch

De verschuldigde belasting wordt berekend aan de hand van de CO2-uitstoot van de bestelauto. Het tarief bedraagt voor 2025 € 74,41 per gram CO2-uitstoot. Als niet bekend is wat de CO2-uitstoot van de bestelauto is, wordt die op 330 gram gesteld, waarmee de verschuldigde BPM op € 24.555 komt.

De CO2-uitstoot van een volledig elektrisch aangedreven bestelauto is uiteraard 0 gram, zodat bij de aanschaf of invoer van een elektrisch bestelauto geen BPM is verschuldigd.

Opletten

De BPM lijkt bij de verkoop of inruil van een bestelauto geen aandachtspunt meer te zijn. Bestelauto’s die voor 1 januari 2025 met toepassing van de vrijstelling zijn gekocht, behouden de vrijstelling, maar worden echter 5 jaar gevolgd. Als in die periode niet langer aan de voorwaarden van de vrijstelling wordt voldaan, moet de ondernemer alsnog de BPM betalen.

Bij verkoop of inruil van de bestelauto (of een wijziging van de tenaamstelling van de bestelauto om een andere reden), mag de vrijstelling onder voorwaarden worden doorgeschoven naar de nieuwe eigenaar. Het is dan wel zaak om bij de verkoop of inruil aan de juiste formaliteiten te voldoen. Zo niet, dan komt de naheffingsaanslag BPM bij de verkopende ondernemer.

Indien de ondernemersvrijstelling eindigt, moet dit per omgaande met een formulier worden gemeld bij de Belastingdienst.

Andere artikelen