Het laatste BTW-aangiftetijdvak loopt alweer voor veel ondernemers. Voor dat tijdvak moet worden bekeken of het BUA van toepassing is.
BUA
Het BUA is het Besluit Uitsluiting Aftrek omzetbelasting. Op grond van dit besluit is niet aftrekbaar de aan een BTW-ondernemer in rekening gebracht BTW die drukt op goederen en diensten die worden gebruikt voor:
- het voeren van een zekere staat;
- het geven van relatiegeschenken of giften aan niet-aftrekgerechtigden;
- het aan het personeel verstrekken van loon in natura.
De systematiek van het BUA is zo dat de BTW op potentiële BUA-verstrekkingen lopende het jaar afgetrokken wordt (uiteraard indien en voor de BTW-ondernemer met BTW belaste prestaties verricht). Vervolgens moet in de laatste tijdvakaangifte (de aangifte over december of over het vierde kwartaal) een correctie worden gemaakt indien en voor zover het BUA van toepassing is.
Drempel
Met het oog op de doelmatigheid kent het BUA een drempel van € 227. Als het totaal van de aanschaffings- of voortbrengingskosten (exclusief BTW) van de verstrekkingen aan een belanghebbende niet meer bedraagt dan € 227 blijft de BUA-correctie in het laatste aangiftetijdvak achterwege.
Voor de berekening of de drempel in een kalenderjaar wordt overschreden, mag de door de belanghebbende betaalde eigen bijdrage worden afgetrokken van de aanschaffings- of voortbrengingskosten. Dat meldt de website van de Belastingdienst. Maar deze regel staat helemaal niet in het BUA. Daarom wordt deze (onjuiste) uitleg met ingang van 1 januari 2024 beëindigd (dit is vastgelegd in een besluit). In de aangifte voor het vierde kwartaal 2023, die in januari 2024 moet worden ingediend, mag de saldering derhalve voor het laatst worden toegepast.