Belangrijkste wijzigingen belastingen 2018

Gepubliceerd op: 27 december 2017

Het Ministerie van Financiën heeft het overzicht gepubliceerd van de belangrijkste wijzigingen in de belastingen voor 2018.

Belastingplannen 2018

De wetsvoorstellen met de belastingplannen voor 2018 zijn net voor het kerstreces door de Eerste Kamer aanvaard. Wij beschreven deze voorstellen in ons artikel Belastingplannen 2018.

In de Tweede Kamer waren door een aanvaarde motie de nieuwe regels voor de erf- en schenkbelasting rond het huwelijk al uit de plannen gehaald. In plaats daarvan wachten we op een goedkeuring van Staatssecretaris Snel dat een 50/50-verdeling nooit leidt tot heffing van erf- of schenkbelasting.

Verwar de maatregelen in de belastingplannen voor 2018 niet met de plannen uit het Regeerakkoord van Rutte III. Het regeerakkoord moet in 2018 (en de volgende jaren) nog in wetsvoorstellen worden omgezet.

Inkomen uit sparen en beleggen (box 3)

De belangrijkste wijzigingen zitten voor de inkomstenbelasting in box 3. Het heffingvrij vermogen is opgehoogd van € 25.000 naar € 30.000 per belastingplichtige (voor fiscaal partners bedraagt het heffingvrij vermogen dus € 60.000). Deze verhoging werkt door naar de huur- en zorgtoeslag.

Daarnaast wordt het forfaitaire rendement wat verlaagd. Tot € 70.800 aan vermogen in box 3 (boven het heffingvrije vermogen) bedraagt het forfaitaire rendement 2,02%. De belasting (30%) komt daarmee op 0,6% van het vermogen. Nog steeds fors hoger dan de rente op een spaarrekening. Als je de belasting afzet tegen een rente van 0,1%, dan komt het tarief op 600%.

Zelfs voor het deel van het vermogen boven € 978.000 neemt het forfaitaire rendement af: van 5,39% naar 5,38%.

De vlucht uit box 3 is nog steeds mogelijk via een BV, open fonds voor gemene rekening of open commanditaire vennootschap. Maar dat moet je dan wel vóór de jaarwisseling geregeld hebben.

Eigen woning

De meest besproken wijziging betreft het afschaffen van de Hillenaftrek. Maar dat wordt pas in 2019 van kracht. Voor 2018 zijn de bijtellingspercentages voor de eigen woning wat verlaagd:

WOZ-waarde Bijtelling
meer dan maar niet meer dan 2018 2017
€ 12.500 nihil nihil
€ 12.500 € 25.000 0,25% 0,30%
€ 25.000 € 50.000 0,40% 0,45%
€ 50.000 € 750.000 0,55% 0,60%
€ 75.000 € 1.060.000 0,70% 0,75%
€ 1.060.000 2,35% 2,35%

Voor woningen met een WOZ-waarde boven € 1.060.000 geldt de bijtelling van 2,35% voor de waarde boven € 1.060.000.

Trek je de rente op je eigen woning af in de hoogste tariefschijf, dan gaat daar in 2018 weer 0,5%-punt vanaf. Je effectueert de aftrek in 2018 tegen een tarief van 49,5% (dat was in 2017 nog 50%). Na invoering van de in het regeerakkoord voorziene vlaktaks wordt dit versneld afgebouwd naar het lage tarief van die vlaktaks (36,93%).

Tarieven en vrijstellingen schenkbelasting

De vrijstellingen voor de schenkbelasting zijn gecorrigeerd voor de inflatie. Dat levert iets hogere bedragen op:

2018 2017
Kinderen € 5.363 € 5.320
Overige verkrijgers € 2.147 € 2.129

Aan kinderen tussen de 18 en 40 jaar oud mag eenmalig in plaats van € 5.363 vrij van schenkbelasting € 25.731 (2017: € 25.526) worden geschonken. Wordt de schenking gebruikt voor een dure studie, dan bedraagt de vrijstelling € 53.602 (2017: € 53.176).

Als de schenking wordt aangewend voor de eigen woning van de begiftigde mag vrijgesteld worden geschonken: € 100.800 (de in 2017 weer ingevoerde, voor inflatie gecorrigeerde vrijstelling van € 100.000).

Andere artikelen