25%-bijtelling is niet evident onredelijk

Gepubliceerd op: 16 januari 2019

De Hoge Raad heeft uitgemaakt dat de overgangsregeling, die geldt in het kader van de verlaging van het bijtellingspercentage voor privégebruik van de auto van de zaak van 25% naar 22%, niet evident onredelijk is. In dit kader ingediende (pro forma) bezwaarschriften zullen door de Belastingdienst worden afgewezen.

Wat is er aan de hand?

Belanghebbende in de procedure heeft van zijn werkgever een Opel Zafira ter beschikking gekregen, die op 21 augustus 2015 voor het eerst op kenteken is gezet. Het bijtellingspercentage voor die auto, in het kader van de loonbelasting, bedraagt op dat moment: 25%. Wanneer dezelfde auto op 1 januari 2017 (of later) op kenteken was gezet, zou de bijtelling bedragen: 22%. Op basis van de overgangsregeling moet voor de auto van belanghebbende toch 25% bijgeteld blijven worden.

Gelijkheidsbeginsel

Met een beroep op Eurpees recht stelt belanghebbende dat het gelijkheidsbeginsel wordt geschonden. Voor zijn in 2015 voor het eerst gekentekende auto moet in 2017 meer (25%) worden bijgeteld dan voor exact dezelfde auto met eerste kenteken van 2017 (22%). Hij eist dat ook voor zijn Opel de bijtelling van 22% mag worden gehanteerd.

De Hoge Raad overweegt dat een wetswijziging naar haar aard meebrengt dat gevallen van voor die wijziging anders behandeld worden dan gevallen na die wijziging. Dat onderscheid wordt in beginsel niet als discriminatie aangemerkt. Dat is niet anders wanneer de wetgever voorziet in overgangsrecht.

Maar ook wanneer wel sprake zou zijn van een ongelijkheid, is belanghebbende er nog niet. Een beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt namelijk pas wanneer een redelijke en objectieve rechtvaardiging van de ongelijkheid ontbreekt. En voor de onderhavige regeling zijn er voldoende gronden om de Hoge Raad tot het oordeel te brengen, dat de ongelijkheid niet evident onredelijk is.

Bijtellingspercentages

Voor de belanghebbende in deze casus valt de ‘schade’ nog wel mee. Voor berijders van auto’s waarvoor in het verleden lagere bijtellingspercentages golden, kan het verschil veel groter zijn. Dat betreft met name hybride auto’s. Gezien het hiervoor beschreven arrest schatten wij in dat ook voor hen een beroep op het gelijkheidsbeginsel niet succesvol zal zijn.

 

 

Andere artikelen